Vaste setpoints – deceleratie 1, 2

Via deze menuoptie kunt u de vaste setpoints voor de deceleratie van de aandrijfstrengen 1 en 2 opgeven.

AANWIJZING

In de fabrieksinstelling werken alleen de applicatiegrenzen. Om de vaste setpoints te laten werken, moet u de parameter Maximale deceleratie – bron (index 8377.31) op de waarde 2020A2hex (vaste setpoints acceleratie) zetten. Informatie over wijzigen van de parameter vindt u in het hoofdstuk Toegang tot parameters via index.
De waarden kunnen met maximaal 8 cijfers vóór en 2 cijfers achter de komma in de systeemeenheid min-1 worden aangegeven.

7-segmentdisplay

Parameters

Index

Applicatiegrens – deceleratie AS1

8357.13

Vast setpoint – deceleratie 1 AS1

8354.50

Vast setpoint – deceleratie 2 AS1

8354.52

Applicatiegrens – deceleratie AS2

8358.13

Vast setpoint – deceleratie 1 AS2

8354.51

Vast setpoint – deceleratie 2 AS2

8354.53

Procedure "Vaste setpoints deceleratie instellen"